Hoe wordt een huurovereenkomst opgezegd?
De wet zegt dat de opzegging van de huur van een woning alleen kan plaatsvinden door het instellen van een rechtsvordering tot ontruiming van een woning. Dus al staat er in het huurcontract dat de huur wordt aangegaan voor bijvoorbeeld 1 jaar, desondanks dient de verhuurder een rechtszaak in te stellen bij de kantonrechter voor een rechtsgeldige opzegging, indien de huurder niet vrijwillig ontruimd. Na verloop van de contractstermijn is er geen automatische ontbinding van de huurovereenkomst.
Op welke grond kan de vordering ingesteld worden?
De wet zegt dat de vordering tot ontruiming slechts ingesteld kan worden indien:
1. De huurder onbehoorlijk gebruik maakt van het gehuurde goed;
a) wegens ernstige overlast de verhuurder of zijn huisgenoten aangedaan door de huurder of zijn huisgenoten
b) wegens wanbetaling van de huurpenningen. Deze omstandigheden moeten maken dat van de verhuurder niet verwacht kan worden dat hij de huur voortzet
2. Als de verhuurder, door kennelijke nood gedwongen het verhuurde goed voor eigen gebruik nodig heeft.
3. Als de verhuurder het goed nodig heeft om te kunnen voldoen aan de verplichting hem door enig rechtsvoorschrift of door een beschikking van overheidswege opgelegd.
De wet is heel duidelijk, deze gronden zijn de enige gronden om een huurder te ontruimen.
Ontruimingsvordering toegewezen
Is de ontruimingsvordering van de verhuurder toegewezen, dan bestaat uiteraard het recht van hoger beroep voor de huurder. Echter kan de verhuurder de huurder desondanks ontruimen, omdat een vonnis uitvoerbaar is bij voorraad. De huurder kan echter de rechter in het proces vragen hem een termijn te gunnen voor ontruiming. Indien dat toegestaan wordt, dan geldt de huurovereenkomst tot die datum. Deze ontruimingstermijn kan 1 keer verlengd worden maar dat verzoek tot verlenging moet gedaan worden aan de rechter uiterlijk vier weken voordat de ontruimingstermijn verstrijkt.