Het spookperceel
Het spookperceel
Misstanden
“Hoe kom ik hier ooit uit”, zuchtte Henk terwijl hij nog een slok whisky achterover sloeg. Lusteloos hing hij in zijn grote stoel. In de verte blafte een hond, verder was de nacht stil. Eigenlijk moest hij naar bed, maar in zijn hoofd bleef het malen. Henk had eerder die dag bezoek gehad van een onvriendelijke deurwaarder en moest binnen zeven dagen met geld over de brug komen.

Maar de verkoop van de laatste vijf percelen liet te lang op zich wachten, vond Henk. Het leek wel alsof iedereen de broekriem moest aanhalen tegenwoordig. Zoals dat echtpaar dat vanmorgen was komen kijken. Ze waren onder de indruk, maar zeiden eerlijk dat de prijs ver boven hun budget lag. Nou ja, het wás natuurlijk ook een heel bedrag.
Hij nam nog een slok en staarde naar de perceelkaart van zijn verkavelingsproject. Door de whisky leken de lijnen tussen de percelen wat te bewegen, soms zag hij een perceelnummer zelfs dubbel. En opeens kreeg hij een lumineus idee. Als hij van die laatste vijf percelen nou eens zeven of acht kleinere percelen maakte… Dan kon de prijs omlaag, en bleven er nog steeds aardige percelen over. Zo zouden ze zeker eerder verkocht worden!
Henk liet er geen gras over groeien en belde de volgende morgen direct met een bevriende landmeter. Het was eigenlijk een fluitje van een cent. De landmeter vervaardigde een nieuwe kaart, waarin de vijf onverkochte percelen nu acht kleinere percelen waren geworden, met nieuwe perceelnummers. Op de perceelkaart verwees de landmeter naar de oorspronkelijke vergunning die Henk voor dit project van OW had gekregen. Henk wist natuurlijk best dat dit eigenlijk in strijd was met de wet, maar het scheelde een hoop loop- en papierwerk, en dus tijd en geld. Niemand hoefde er iets van te merken.
Het echtpaar Sadimin was blij verrast met Henks telefoontje. Dat project waar ze laatst hadden gekeken, had nu ook kleinere percelen, uiteraard voor een lagere prijs. Ze gingen snel nog een keer kijken, want dit project lag op loopafstand van de (klein)kinderen, en dat was voor hen echt ideaal. De deal was dus snel gesloten, en werd bij een notaris verder afgehandeld. Bij het GLIS werd het perceel vervolgens netjes op hun naam overgeschreven. Iedereen was tevreden, Henk niet in het minst. Het was een goede zet geweest, die kleinere percelen.
Maar na een jaar, ze hadden hun nieuwe huis net af, bleek dat het voor de familie Sadimin helemaal niet zo’n goede deal was. Henk bleek namelijk zijn hypotheek op een van de indertijd onverkochte stukken grond niet helemaal te hebben ingelost. Daarom had de bank, die de hypotheek had verstrekt, dit perceel uiteindelijk op de veiling gebracht. De jonge manager Diana Watkins had dit perceel gekocht, en liet nu door een landmeter haar terrein nameten. Toen bleek echter dat het perceel van de familie Sadimin precies in het terrein van Diana viel.
Het perceel dat de familie Sadimin had gekocht, kwam helemaal niet voor op de kaart die Diana liet zien. Op die kaart stonden namelijk nog de grote percelen, zoals in het oorspronkelijke plan. En alleen voor die verdeling had OW een vergunning gegeven, niet voor de kleinere percelen waarvan de Sadimins eentje hadden gekocht. Er was dan wel een nieuwe perceelkaart gemaakt, maar omdat voor die herverdeling nooit een vergunning was aangevraagd, bestonden die kleinere percelen officieel helemaal niet – ondanks het feit dat deze percelen wel bij het GLIS stonden ingeschreven. De Sadimins hadden een huis gebouwd op een ‘spookperceel’. En zowel zij als Diana claimden eigenaar te zijn van de grond. De zaak ligt nog bij de rechter. Hoewel Diana juridisch gezien vermoedelijk de sterkste rechten heeft, is nog niet duidelijk hoe de rechter zal beslissen. Er zal een belangafweging moeten worden gemaakt, maar uiteindelijk zijn alle kopers in dit verhaal het slachtoffer.
En Henk, de notaris en de landmeter hangt het zwaard van Damocles boven het hoofd.
Wat had nu moeten gebeuren om een dergelijk drama te voorkomen? Allereerst valt de hypotheekinzage de notaris aan te rekenen. Hij had bij een verkavelingsproject veel diepgaander kadastraal onderzoek moeten verrichten, zodat duidelijk was hoe de perceelverdeling tot stand was gekomen. Dan was de ‘verdelingsfout’ al snel aan het licht gekomen. Meestal volstaan notarissen met een eenvoudige ‘inzage’, die bij ingewikkelder constructies niet afdoende is.
Ten tweede mag een landmeter nooit een kaart vervaardigen die niet voldoet aan de eisen van de wet. De wet schrijft niet voor niets voor dat eerst toestemming gegeven moet worden voor een (her)verdeling. Dergelijke problemen kunnen dus eenvoudig voorkomen worden.
Ten derde: als Henk gewoon zijn hypotheek helemaal had ingelost, zou zijn ‘creatieve oplossing’ waarschijnlijk nooit tot problemen hebben geleid. Het zou eveneens schelen als de verschillende percelen die ontstaan bij een verkaveling, direct op naam van de verkavelaar worden overgeschreven. En dat de verkavelaar niet, zoals nu, van OW een vergunning krijgt om de percelen zelf over te dragen, om extra overdrachtskosten uit te sparen. Dan blijft er te veel ruimte over voor onvolkomenheden.
Maar het beste nieuws is dat de procedure voor het vervaardigen van perceelkaarten eind van dit jaar gaat veranderen. Dan moeten alle kaarten van landmeters eerst worden goedgekeurd door het GLIS, voordat er verder mee gewerkt kan worden bij een notaris.
Lees meer berichten uit de categorie Misstanden.
mei 29, 2017